In de uitnodiging stond dat ik mijn auto niet bij de evenementenhal kon parkeren dus ik parkeer mijn auto op een parkeerplaats iets buiten de stad. Het vervoer vanaf daar is prima geregeld. Er staan bussen klaar om alle genodigden van daar naar het evenement te vervoeren. Ik stap in één van de bussen. Het is een ritje van maar tien minuten. Onderweg bekruipt me een ongemakkelijk gevoel.
Bijna vijf jaar zal ik geweest zijn. Ik was wat je toen nog een late leerling noemde. Mijn moeder had niet zoveel haast om mij naar de kleuterschool te brengen omdat ik de jongste van de vijf was en zij het nog zo gezellig vond om mij thuis te hebben. Het was toen ook nog niet zo strikt dus hoewel ik in december al vier was geworden ging ik toch pas na de eerstvolgende zomervakantie naar school.
Het regende die dag en ik mocht mijn mooie rode glimmende kaplaarsjes aan. Dat vond ik wel wat. Je wordt nu eenmaal met ijdelheid geboren of niet. Alles ging goed totdat ik in de klas zat en mijn moeder naar huis was. De juf vertelde dat alle kinderen die regenlaarzen aan hadden deze uit moesten doen en hun meegebrachte pantoffels aan moesten doen omdat het niet gezond zou zijn om de hele ochtend met de laarzen aan te lopen.
De paniek sloeg toe. Mijn mooie laarsjes uit? Ik had niet eens pantoffels mee. Moest ik dan op mijn sokken lopen? Ik voelde mij bloot. Hoe moest dat nou als ik naar huis zou gaan en ik kreeg mijn laarsjes niet terug? Die ochtend heb ik denk ik wel tien keer gevraagd of ik mijn laarzen weer aan mocht om steeds weer te horen dat dat pas mocht aan het einde van de ochtend. Juf werd boos. Dat versterkte mijn paniek alleen maar. Het was mijn eerste kennismaking met de onmacht die een control freak overvalt als hij de regie uit handen moet geven.
In de bus onderdruk ik de opkomende paniek. Ik weet dat het onzin is. Als ik dat wil kan ik elk moment van de dag terug naar mijn auto. Maar toch…